Archief 2011 (juli)

Terug

Diefstal en blikseminslag??

's Ochtends is de zee toch flink opgebouwd. We varen de eilandengroep St. Andrews binnen en zoeken met de 3 boten een uur naar een geschikte ankerplek. We vinden een plek, maar het is behoorlijk rollerig. We liggen achter een mooi onbewoond eilandje. Er is een kano aangespoeld op het eiland. Oorspronkelijk heeft er een ‘outrigger' aan gezeten. De uitdaging was natuurlijk om die er zelf weer aan te klussen. Adam haalt een lange lijn en een groot mes op en begint een grote bamboestok op maat te hakken en vervolgens vast te knopen aan twee stokken aan de kano. Het lijkt een ambitieus plan, maar het lukt fantastisch. Mees en Pieter vinden het schitterend en de kano blijft heel goed overeind.

's Ochtends is de zee toch flink opgebouwd. We varen de eilandengroep St. Andrews binnen en zoeken met de 3 boten een uur naar een geschikte ankerplek. We vinden een plek, maar het is behoorlijk rollerig. We liggen achter een mooi onbewoond eilandje. Er is een kano aangespoeld op het eiland. Oorspronkelijk heeft er een ‘outrigger' aan gezeten. De uitdaging was natuurlijk om die er zelf weer aan te klussen. Adam haalt een lange lijn en een groot mes op en begint een grote bamboestok op maat te hakken en vervolgens vast te knopen aan twee stokken aan de kano. Het lijkt een ambitieus plan, maar het lukt fantastisch. Mees en Pieter vinden het schitterend en de kano blijft heel goed overeind.

Door de harde wind is het zicht in het water helaas slecht en door de rollerige ankerplek slapen we slecht. We willen graag verder, maar Endless Summer wil langer blijven. We spreken af op welk SSB kanaal we contact houden en dat we elkaar op de Hermit Islands weer zien. Sea Level en wij vertrekken 's ochtends vroeg met zon en heerlijke wind en we zeilen vlinderend (genua uitgeboomd aan loefzijde) naar Mbuke Island. Daar aangekomen zoeken we naar de ingang in het rif. We zien een dorpje liggen, maar weten niet hoe we daar kunnen komen. Al gauw komen er een aantal kano's en een motorbootje op ons af. Ze zijn blij om ons te zien en willen ons graag de weg wijzen. Een van de kanovaarders stapt als loods bij Sea Level aan boord en het motorbootje vaart met ons mee. We varen een paar mijl om het rif heen en dan zigzaggen we tussen de riffen door en door een smalle ondiepe pas naar Mbuke Island. Dat hadden we zonder hulp nooit gevonden.

We zijn het 2e en 3e zeiljacht hier. Ooit. Het eerste zeiljacht was hier zo'n tien jaar geleden, een Zweedse solozeiler. Als we het dorpje in lopen, merken we dat ook. Het hele dorp loopt uit en we worden enorm aangegaapt door iedereen. We overhandigen wat kado's (o.a. rijst, zeep en een oude zeekaart met PNG) aan de ‘gouverneur', die ons met een speech in het ‘community centre' welkom heet. Susan leidt ons door het dorp, naar de school, tussen de dicht op elkaar staande huizen door, naar de begraafplaats en weer terug. Er wonen ca. 450 mensen, maar het eiland loopt heel steil omhoog, dus ze hebben maar weinig bewoonbaar land. De wc's zijn huisjes boven het water, waar je over lange smalle planken naartoe loopt (precies zoals in ‘Slumdog Millionaire'). De bejaarden en minder valide mensen wonen allemaal in huizen op palen boven het water, zodat ze in hun eigen huis naar de wc kunnen en hun afval uit het raam kunnen gooien.

De Mbuke mensen zijn goeie zeilers. Ze hebben veel zeilkano's, waaronder 2 grote, waarmee ze regelmatig naar Lorengau (hoofdstad van Manus) varen zo'n 40 mijl hiervandaan.

De huizen zijn niet traditioneel en vrij luxe. Met betonnen fundering en glazen ruiten. Dat komt omdat veel mensen het eiland verlaten om in de grote stad te werken en geld naar huis sturen. Kevin, die ons zo goed geholpen had om hier naar binnen te varen, blijkt veel geld te verdienen aan de verkoop van haaienvinnen…. Ai ai ai… Maar ja, het is zijn brood, dus je kunt er niet veel van zeggen. Hij verdient 270 kina (99 euro) per kilo haaienvinnen. Een haai heeft 4 bruikbare vinnen en dat levert ongeveer een kilo op. Hij vangt allerlei soorten, bull sharks, tiger sharks, etc. Hij snijdt alleen de vinnen eraf en de rest van de haai glijdt dood terug de diepte in… Vreselijke praktijken. Ze zouden alle haaienvinnenfabrieken moeten sluiten, maar die Chinezen geven niet zomaar hun haaienvinnensoep op.

's Nachts staan de navigatieinstrumenten aan, want we hebben een ankeralarm gezet, omdat we vrij dicht op een rif liggen. We zijn gewend aan onweer, want sinds we in Fiji aankwamen, heeft het elke dag geonweerd. Maar meestal is het in de verte en zien we alleen de lichtflitsen. Soms horen we ook de donder. Nu volgen de lichtflitsen elkaar razendsnel op en midden in de nacht worden we opgeschrikt door een flits en een keiharde knal. De hele boot trilt ervan. We zitten allebei meteen rechtop in bed. Het alarm van de navigatieinstrumenten en het ankeralarm gaan af. Het scherm van de plotter is donker en ik schakel alle instrumenten op het paneel uit. Hebben we een blikseminslag gehad? We staan te trillen op onze benen. Gelukkig zijn de mannetjes er, ongelofelijk maar waar, doorheen geslapen. Er volgen nog een paar flinke knallen, maar het wordt gelukkig minder. Het duurt een tijd, voordat we weer in slaap vallen. De volgende ochtend blijken alle instrumenten het gelukkig nog te doen. Geen blikseminslag dus, maar het was waarschijnlijk wel zodanig dichtbij, dat onze instrumenten van slag waren en zelfs uitvielen.

Kevin en Susan nemen ons in hun motorbootje mee naar Anun Island, iets verderop. Het is een pittig tochtje, stampend over de golven, maar het blijkt de moeite waard. Het rif is fenomenaal. Een enorme variëteit aan koraal en veel vissen. Geen haaien…

De hele dag zijn er weer veel kano's rond de boot. Ook als we er niet bij zijn. We ontdekken dat er een aantal dingen van onze boot zijn gestolen. Voor het eerst in 2 jaar. Behalve dan de buitenboord motor in NZ. Adam's en mijn slippers, een voetbal, een groot mes (waar we kokosnoten mee openhakken) en een Harkenblok. Adam gaat naar het dorp om verhaal te halen. In zo'n kleine gemeenschap is het moeilijk om iets verborgen te houden en al snel komen onze slippers weer terug. Even later komt Kevin ook nog onze voetbal terugbrengen, die we vervolgens doneren aan de school. De rest blijft helaas onvindbaar. De eilandbewoners maken duizend maal excuses, het zijn er maar een paar die de boel verpesten voor de rest. Zoals altijd en overal.

Er is nog even paniek, omdat we Endless Summer niet kunnen bereiken. Laten we ze aan hun lot over of varen we gewoon weer verder? Misschien is er niks aan de hand, maar wat als er wel iets is? Zeker na die arelaxte onweersbui…. We krijgen een telefoonnummer van Kevin van een kerel, die in de buurt woont van waar we ze het laatst hebben gezien. Hij kan de boot zien liggen, maar zijn zus woont op het eiland waar ze liggen, dus we worden doorverwezen. Uiteindelijk hebben we contact en blijkt dat alles goed is. Gelukkig. Daardoor zijn we hier iets langer blijven liggen, dan we van plan waren, maar morgen gaan we weer verder.